Toelichting op kostendekkingsplan
De lasten voor het uitvoeren van de gemeentelijke watertaken worden veroorzaakt door investeringen en jaarlijks terugkerende exploitatielasten. Deze exploitatie- en investeringslasten worden betaald via de aan burgers en bedrijven opgelegde rioolheffing. De lasten mogen daarbij niet hoger zijn dan het geld dat met de rioolheffing wordt opgehaald. Om te bepalen hoeveel lasten de gemeente heeft en welke baten daar vanuit de rioolheffing tegenover moeten staan is een overzicht met alle lasten en baten opgesteld. Dit noemen we een ‘kostendekkingsplan’. Het doel van het kostendekkingsplan is om de hoogte van de rioolheffing voor de planperiode van het Water- en Klimaatadaptatieplan te onderbouwen en om een doorkijk te geven voor de langere termijn.
De berekening van kosten voor onderhouds- en investeringsplannen wordt meestal voor vele jaren gemaakt. De nauwkeurigheid van de berekeningen neemt vanzelfsprekend af naarmate de maatregelen verder in de toekomst liggen. De nieuwe notitie ‘Lokale Heffingen’ van april 2021 van de commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) raadt aan om onderhouds- en investeringsplannen uiterlijk eens in de vijf jaar te actualiseren en door de raad te laten vaststellen. Zo vormen zij een goede basis voor de begroting en voor de tariefberekening. Als onderhouds- en investeringsplannen niet meer actueel zijn, dan moeten zij eerder dan na vijf jaar worden bijgesteld.
In dit hoofdstuk leggen we onderstaand uit wat de lasten, de baten uit de rioolheffing en de resultaten van de kostendekkingsberekeningen inhouden, en wat de daarbij gehanteerde uitgangspunten zijn.
Zie bijlage VI voor enkele tabellen en een grafiek als extra toelichting bij het kostendekkingsplan.