4.2 Groene gebieden

Hieronder verstaan we de grotere parken in de stad, die openbaar toegankelijk zijn. Dit zijn stadsparken, gedenkparken en sportparken.

De parken in Enschede zijn belangrijke rust- en ontmoetingsplekken voor mens en dier en bieden ook ruimte om bewegen. Daarnaast zijn de parken historisch zeer waardevol. In de bloeitijd van de textielindustrie zijn het Volkspark en het G.J. Van Heekpark aangelegd met het oog op het vertier en welzijn van de bevolking. Deze twee parken liggen aan de Singel. Het Abraham Ledeboerpark, het Wooldrikpark/Blijdensteinpark en het Van Lochemsbleekpark zijn voormalige landgoederen die na schenking als openbaar park in gebruik zijn genomen. 

De oude parken hebben een gewaardeerde, klassieke uitstraling. Het Wesselerbrinkpark is ontwikkeld aansluitend aan de woningbouwontwikkeling van de wijk en heeft een typische jaren 70 uitstraling. In het Wooldrikpark en het Wesselerbrinkpark zijn ook een kinderboerderij aanwezig.

Enschede heeft een tweetal grote algemene begraafplaatsen: de Wester (9 ha uit 1921) en de Ooster (13 ha uit 1899). Deze gedenkparken hebben, ook in tuinarchitectonisch opzicht, bijzondere kwaliteiten. Op een aantal plekken in de stad liggen kleine voor een deel buiten gebruik gestelde begraafplaatsen, bijvoorbeeld aan de Deurningerstraat (boerenkerkhof) en aan de Espoortstraat.

Kansen vanuit de principes:

Beschermen:

Elk stadspark krijgt een eigen visie voor inrichting en beheer in samenspraak met de beheercommissies, waar dit nog niet is gebeurd. Hierin worden voor elk park de te behouden karakteristieken vastgelegd.

Benutten:

Gedenkparken: de toegankelijkheid van de begraafplaatsen wordt vergroot, zodat inwoners deze ook meer gaan gebruiken als rustplek en wandelpark. Verouderde beplantingen vervangen voor meer inheemse soorten, om de biodiversiteit te vergroten. Dit zal ook verder uitgewerkt worden in de toekomstvisie begraafplaatsen en gedenkparken.

Bouwen:

Ruimte voor waterberging en waterafvoer creëren door bijvoorbeeld gazons te verlagen of een nieuwe beek door het park aan te leggen.

Bij grotere gebiedsontwikkelingen worden nieuwe parken gecreëerd. Denk aan Cromhoffpark en Eschmarkerveld.

Sportparken zijn verspreid over de stad te vinden en een aantal is onderdeel van de groene wiggen, zoals sportpark Schreurserve en Vogido. De sportvelden beslaan de grootste oppervlakte, maar daaromheen en tussendoor zijn groenstructuren te vinden van bomen en struiken die zorgen voor groene randen van de velden. Deze dienen als afscherming van wegen en voor schaduw ten behoeve van het sporten, maar hebben ook ecologische waarde. Van oudsher zijn de sportparken veelal wel omgeven door hekken en alleen toegankelijk via een hoofdentree. Onder andere bij sportpark Diekman Oost en sportpark Enschede zuid wordt gewerkt aan een meer open en multifunctioneel sportpark.

Kansen vanuit de principes:

Beschermen:

Groenbeheerplannen opstellen voor sportparken, waar die er nog niet zijn, in samenwerking met Sportaal en sportclubs. Onderdeel hiervan kunnen zijn behoud en herstel van de groene randen en verandering van maaibeheer van stroken naast of tussen de velden.

Benutten:

De toegankelijkheid van sportparken vergroten door meer ingangen en voetpaden langs groenstructuren toe te voegen, zodat ook de meer ‘informele sporten’ zoals hardlopen, wandelen en fietsen mogelijk worden.

Bouwen:

Groenstructuren op sportparken herstellen door inheemse struiken en bomen terug te planten. Bij de soortkeuze wordt rekening gehouden met het onderhoud van de sportvelden. Kansen voor vergroening van sportparken worden gecombineerd met waterbergingsopgaves en met de clustering van sportparken.